Iedereen die pensioen opbouwt krijgt er de komende jaren mee te maken… Het nieuwe pensioenstelsel. Waarom komt het er eigenlijk, wat verandert er? En wat betekent het voor jou als werkgever en als werknemer, is het een vooruitgang of wordt het allemaal minder? Tien vragen over het nieuwe “beste pensioenstelsel ter wereld”.
1. Waarom moet er een nieuw pensioenstelsel komen?
Een garantie is heel duur geworden
Het huidige stelsel gaat uit van een gegarandeerd pensioen. Maar zo’n garantie is duur en pensioenfondsen moeten er enorme buffers voor aanhouden. Dat gaat ten koste gaat van het rendement en dus van je pensioen.
Het huidige stelsel is achterhaald
In het huidige stelsel betalen jongeren bij de meeste pensioenregelingen te veel pensioenpremie en ouderen te weinig. Dit geldt als je pensioen opbouwt bij een pensioenfonds. Als je je hele leven bij één werkgever zit, is dat niet erg. Wat je als dertiger te veel betaalt, pak je terug als vijftiger, als je te weinig betaalt. Maar bijna niemand werkt nog levenslang bij één werkgever. De meeste werkenden switchen regelmatig van werkgever of beginnen op een gegeven moment voor zichzelf. Dit zorgt ervoor dat je pensioen opbouwt bij verschillende pensioenuitvoerders.
Het nieuwe stelsel is transparanter
Het huidige stelsel is niet erg transparant: het is een beetje een black box. Jouw pensioenpremie wordt met die van anderen op een grote hoop gegooid, zodat je niet kunt zien welk deel van jou is.
2. Wat wordt er anders?
Iedereen krijgt zo meteen zijn eigen pensioenpotje. Zo wordt pensioen transparanter en individueler. Je kunt voortaan precies zien hoeveel geld er voor jou is gereserveerd. Ook wordt jouw pensioenpot op een manier belegd die bij je behoefte aansluit. Dat betekent dat als je onder de 50 bent je pensioengeld vooral in aandelen wordt belegd. Daarmee behaal je een hoog rendement.
Nadeel van aandelen is dat ze sterk in waarde schommelen, maar als 50-minner heb je alle tijd om die schommelingen “uit te zitten”. Naarmate je pensioendatum echter dichterbij komt, heb je die tijd steeds minder. Dat betekent dat je in de laatste tien of vijftien jaar voor je pensioen het beleggingsrisico geleidelijk afbouwt, zodat je steeds beter een beeld krijgt van wat je aan pensioen kan verwachten.
3. Krijg ik hierdoor dan een hoger pensioen?
Ja, de verwachting is dat het pensioen gemiddeld hoger wordt als het beleggingsbeleid meer persoonlijk wordt in plaats van de huidige one size fits all. Dat concludeerde onder meer De Nederlandsche Bank (DNB) in een onderzoek eind vorig jaar.
4. Wat zijn nadelen van het nieuwe stelsel?
De hoogte van je pensioen is niet langer vooraf gegarandeerd, maar hangt voortaan af van de beleggingsresultaten, de rente en de levensverwachting op je pensioendatum. Je weet dus pas als je stopt met werken hoeveel je per maand krijgt. En zelfs daarna is je pensioen nog afhankelijk van de financiële markten. In goede jaren kan je pensioen meer toenemen dan verwacht, in slechte jaren kan je pensioen achterblijven bij de verwachtingen of zelfs dalen.
5. Gaat mijn pensioen voortaan als een jo-jo op en neer?
Dat hoeft niet: in hoeverre je pensioen meebeweegt met de financiële markten hangt af van de keuze die jouw pensioenuitvoerder maakt. Bij sommige nieuwe pensioenregelingen zul je zelf kunnen kiezen voor meer of minder risico. Maar veel pensioenfondsen zullen, net als nu, die keuze niet geven. Zij zullen in goede jaren buffers opbouwen waarmee zij in slechte jaren de tekorten aanvullen, zodat de schommelingen op de financiële markten sterk gedempt worden doorgegeven. In de praktijk zullen deze pensioenen dan ook behoorlijk stabiel zijn. Maar nogmaals, het hangt heel erg af van de exacte invulling van jouw pensioenregeling.
6. Kan mijn pensioenpot leegraken als ik heel oud word?
Nee, wat je hebt opgebouwd aan pensioen is van jou. Met jouw totale pensioenpot koop je dan, net als nu een levenslange pensioenuitkering aan.
7. Wordt het voor mij als werkgever beter of slechter?
Beter! Omdat de harde toezegging verdwijnt, wordt pensioen goedkoper. Bovendien loop je als werkgever niet langer het risico dat je moet bijstorten als de pensioenopbouw tegenvalt. Het risico verschuift van de werkgever naar de werknemer.
8. Wat gebeurt er met mijn nieuwe pensioen als ik van baan verander?
Met het komen van de individuele potjes, kan je je pensioen meenemen naar de uitvoerder van je nieuwe werkgever. Zo houd je al je pensioenen overzichtelijk bij elkaar.
9. Is het voortaan verplicht om pensioen op te bouwen?
Nee, er komt geen pensioenplicht. In de meeste sectoren is er vanuit de cao echter wel een pensioenplicht, maar werkgevers die niet onder zo’n cao vallen, kunnen zelf bepalen of zij een pensioenregeling aanbieden of niet. Voor zzp’ers en andere zelfstandigen komt er evenmin een pensioenplicht. Zij kunnen zelf bepalen of zij met een lijfrente een eigen pensioen opbouwen.
10. Wat zijn de grootste uitdagingen bij de overgang naar het nieuwe stelsel?
De moeilijkste uitdaging is misschien wel het overzetten van de bestaande pensioenen naar het nieuwe stelsel. Met een vreselijke term heet dat het “invaren van de pensioenen”. Een probleem hierbij is dat, met de omzetting, vooral werknemers tussen de 40 en 50 jaar in het nieuwe stelsel minder pensioen opbouwen dan zij nu doen. Voor deze achteruitgang moet deze groep compensatie krijgen, zo vindt het kabinet. Het gaat naar verwachting om tientallen miljarden euro’s. Dat is veel geld. Werkgevers, met een pensioenregeling en pensioenfondsen moeten daarom met een plan komen om deze specifieke groep te compenseren. Zodat iedereen eerlijk over kan gaan naar het nieuwe stelsel.
Dit is een artikel in een reeks van Aegon Cappital. Aegon Cappital is de premiepensioeninstelling (PPI) van Aegon. Vooruitdenken, dat is waar we blij van worden. Samen met adviseurs, werkgevers en werknemers. Zodat werknemers nú slimme keuzes maken voor later. Lees meer artikelen in het dossier Is jouw pensioen akkoord?.